Over ons
De vzw ‘La Jeune Peinture Belge - De Jonge Belgische Schilderkunst’ werd in het leven geroepen om Belgische kunstenaars of in België residerende kunstenaars te ondersteunen. Dit in de overtuiging dat kunst weergeeft wat essentieel is bij een denkproces over de wereld waarin we leven. Ondertussen organiseert de vzw al 75 jaar de prijs.
De Jonge Belgische Schilderkunst
Het verhaal van de BelgianArtPrize begint bij een groep schilders en beeldhouwers, genaamd ‘La Jeune Peinture Belge / De Jonge Belgische Schilderkunst’, die tussen 1945 en 1948 samen naar buiten treden. Onder hen o.a. Gaston Bertrand, Anne Bonnet, Jan Cox, Marc Mendelson, Rik Slabbinck en Louis Van Lint. De ere-voorzitter is niemand minder dan James Ensor. De drijvende kracht van de groep is Robert L. Delevoy, kunsthistoricus en galeriehouder. Advocaat René Lust neemt het voorzitterschap waar. Na de dood van René Lust, op 5 juni 1948, verbrokkelt de vereniging, maar de wil om jonge kunst te promoten blijft overeind. In 1950 richt een groep verzamelaars, kunstcritici en kunstliefhebbers ter nagedachtenis van René Lust de ‘Stichting René Lust voor de Jonge Belgische Schilderkunst’ op.
Het hoofddoel van de stichting? Jaarlijks een prijs uitreiken aan een kunstenaar/kunstenares onder de veertig jaar.

Een constante in verandering
Doorheen de jaren wordt steeds gesleuteld aan de formule. Daarbij worden een paar accenten verlegd. Zo krijgt de prijs er vanaf 1954 een poos een broertje bij: om de drie jaar reikt de stichting de ‘Prijs voor de Jonge Belgische Beeldhouwkunst’ uit. In 1963 stelt de prijs zich ook open voor buitenlandse kunstenaars die minimum een jaar in België wonen. Vanaf 1983 vindt de prijs om de twee jaar plaats en in 1986 schroeft men de leeftijdsgrens van de kandidaten terug van 40 naar 35 jaar. Ook het aantal uitgereikte prijzen en hun benaming veranderen meermaals. Sinds 2013 rijkt de bank ING naast de ING Prijs ook een Publieksprijs uit. Een elektronisch stemsysteem wordt opgezet zodat de bezoekers via de website kunnen stemmen voor hun favoriete kunstenaar/kunstenares.

De BelgianArtPrize: een collectief proces
In 2017 besluit de vereniging strategische veranderingen door te voeren. Deze betreffen o.m. de criteria en selectieprocedure van de kunstenaars. Zo wordt de leeftijdsgrens voor kunstenaars weggenomen en gaat de BelgianArtPrize naar een kunstenaar/ kunstenares wiens artistieke relevantie en vernieuwende inzichten, gediversifieerde kunstpraktijk en eigen beeldtaal, op een bepaald momentum en in een bepaalde context van betekenis kan zijn. Er wordt geen open call meer georganiseerd en alle Belgische kunstenaars of kunstenaars die minstens één jaar in België verblijven, kunnen voorgedragen worden door een diverse groep curatoren, verzamelaars, kunstcritici,-historici en -deskundigen die worden aangeschreven. Ook Belgische instellingen voor hedendaagse kunst worden uitgenodigd om een voorkeurstem uit te brengen die rechtstreeks op de shortlist komt te staan.
De edities van 2019 en 2020 gaan niet van een leien dakje, maar de organisatie neemt de tijd om te luisteren, af te wegen, te overleggen en de vinger aan de pols te houden om zo de prijs bij te sturen en naadloos te laten aansluiten bij de huidige tijdsgeest. Dit ‘collectief proces’ met boeiende, maar vaak ook moeilijke discussies bewijst dat kunst een prachtig middel is om verandering te bewerkstelligen. De dialogen zorgen voor vernieuwing, zonder in te boeten aan het initiële DNA van de BelgianArtPrize: de droom om Belgische kunst met hart en ziel te ondersteunen! Ten slotte wordt in 2021 aan de jury gevraagd geen 4 finalisten meer aan te stellen, maar slechts 1 laureaat. Vandaag krijgt de laureaat van de BelgianArtPrize de Crowet prijs, een geldsom ter waarde van 20.000 euro, geschonken door de familie Gillion-Crowet, stichters en nog steeds mecenassen van de prijs.
